Beleef de najaarstrek
Het is één van de meest fascinerende natuurfenomenen die we in Nederland kennen: de vogeltrek. Ieder voorjaar vliegen miljarden vogels van hun wintergebieden naar de broedgebieden en in het najaar weer terug.
Vele van ‘onze’ Nederlandse broedvogels trekken in de herfst weg naar het zuiden. Maar vogels die noordelijker broeden, van Groenland tot in Siberië, komen juist hier weer overwinteren of trekken via ons land naar warmere oorden. Daarbij is niet de winterse kou, maar de beschikbaarheid van voedsel de belangrijkste reden voor de vogels om zuidwaarts te trekken.
Waar moet je zijn?
De beste plekken om in Nederland vogeltrek te zien liggen langs de Hollands-Zeeuwse kust en op de Waddeneilanden, want veel trekvogels volgen de kustlijn. Ze komen vaak vanuit het noorden of oosten aanvliegen en zien ‘plotseling’ de Noordzee opdoemen. Dat vinden ze maar eng en dus blijven ze de kustlijn volgen. Dit verschijnsel heet ‘stuwing’.
Maar ook in het binnenland is er vogeltrek te zien, vaak in een breed front over het land. In dit geval volgen de vogels landschapselementen als rivieren en oevers van grote meren. En de contouren van het IJssel- en Markermeer en de Randmeren. Flevolandse vogelliefhebbers kunnen momenteel hun hart ophalen bij veel waterrijke gebieden van Het Flevo-landschap. Denk bijvoorbeeld aan de Rotterdamse Hoek, de natte zone rondom Schokland, het Urkerveld, het Greppelveld en de Lepelaarplassen.
Momenteel is de najaarstrek volop bezig. Bij gunstige omstandigheden (helder weer en een noordenwind) kun je grote hoeveelheden vogels zien overvliegen. In deze periode kun je in Flevoland onder meer de trek van buizerds, sperwers, kiekendieven, visarenden, wouwen, zanglijsters, graspiepers, boerenzwaluwen en spreeuwen bewonderen. Kijk voor actuele waarnemingen van specifieke soorten op waarneming.nl.
(Bron: Vogelbescherming Nederland)